
Van Kwaliteitskader naar Kwaliteitskompas
Richting geven aan wat echt belangrijk is
Elke dag maken fysiotherapeuten keuzes die niet in protocollen passen. Kwaliteit is meer dan meten en verantwoorden. Het is een morele opdracht. Daarom pleit ik voor een kwaliteitskompas. Kwaliteit met de patiënt als kompas.
De roep om kwaliteit in de zorg is groter dan ooit. Tegelijkertijd voelen veel professionals zich verstikt door een systeem dat vooral bestaat uit vinklijstjes, audits en protocollen. Wat ooit bedoeld was als steun, is ballast geworden. De recente column van “Stop met kwaliteit regelen. Geef de regie terug. Nu.” van dr. Kjeld H. Aij (link naar column op LinkedIN) : raakt precies dit punt: kwaliteit is geen KPI, maar een morele opdracht. En de patiënt moet daarin het kompas zijn.
In de fysiotherapie herkennen we die spanning dagelijks. Enerzijds het streven naar goede, verantwoorde en transparante zorg. Anderzijds een werkelijkheid waarin administratieve druk, richtlijnen en verantwoordingslast steeds meer ruimte opeisen. Het Zorginstituut Nederland stuurt via de meerjarenagenda VWS stevig aan op een kwaliteitskader. Maar juist een kader roept het beeld op van begrenzing, afvinken en controleren. Precies waar de column voor waarschuwt.
Waarom een kwaliteitskompas?
Een kwaliteitskompas biedt een alternatief. Het legt de noodzakelijke zaken vast – zoals basiseisen rond veiligheid, doelmatigheid en continuïteit – maar geeft tegelijkertijd ruimte aan het vakmanschap van de fysiotherapeut. Het erkent dat kwaliteit niet alleen meetbaar is in uitkomstindicatoren, maar vooral ook zichtbaar wordt in de ontmoeting: in het professionele gesprek, in de intuïtie en in de morele keuzes die elke dag gemaakt worden.
Een kompas wijst de richting, maar schrijft niet voor hoe elke stap gezet moet worden. Daarmee biedt het een houvast dat professionals ondersteunt, in plaats van beperkt. Het herstelt de balans tussen systeem en praktijk, tussen controle en vertrouwen (er zijn al vele kompassen in de zorg leidend, zie hier een samenvatting van mijn onderzoek).
Patiënt als kompas
De column stelt treffend: “De patiënt is het kompas.” Dat sluit naadloos aan bij de kern van fysiotherapie. Geen patiënt is gelijk en geen klacht past in een standaard format. Het vraagt klinisch redeneren, luisteren, observeren en soms handelen op basis van een ‘niet-pluis-gevoel’. Precies dát wat Florence Nightingale al typeerde als de essentie van zorg.
Een kwaliteitskompas geeft ruimte om deze patiëntgerichte benadering te verankeren. Niet door extra lagen van administratie, maar door richting te geven aan wat echt belangrijk is: veiligheid, effectiviteit, samenwerking en menselijkheid.
Vertrouwen in plaats van beheersen
De huidige beweging richting kwaliteitskaders past bij een tijd waarin systemen het vertrouwen vervangen. Toch is het tijd om dat patroon te doorbreken. Een kompas vertrouwt op de professional en nodigt uit tot dialoog. Het stimuleert leren en verbeteren, zonder te verzanden in spreadsheets en audits.
| Een kompas vertrouwt op de professional en nodigt uit tot dialoog.
Voor de fysiotherapie betekent dit dat we een kwaliteitskompas kunnen ontwikkelen dat eenvoud en houvast combineert:
- Noodzakelijke basis: heldere minimumnormen die patiënten zekerheid geven.
- Professionele ruimte: erkenning dat vakmanschap, intuïtie en morele afwegingen leidend zijn.
- Patiëntgericht: de patiënt als oriëntatiepunt in kwaliteit.
- Leren en ontwikkelen: focus op reflectie, dialoog en continue verbetering.
Conclusie
De oproep uit de column is duidelijk: stop met kwaliteit regelen, geef de regie terug. Voor de fysiotherapie betekent dit: Verkies een kwaliteitskompas boven een ruim 150 pagina tellend kwaliteitskader. Een kompas dat richting geeft zonder te verstikken. Een kompas dat vertrouwen geeft in plaats van wantrouwen. En bovenal: een kompas dat de patiënt centraal stelt.